De cijfers liegen niet: vier jaar geleden gooide een kwart van de zij-instromers bij de scholen van T-PrimaiR de handdoek in de ring. Rond de twintig enthousiaste leraren in spe begonnen jaarlijks een instroomtraject op de Brabantse basisscholen. ‘Mensen stopten vaak omdat het tegenviel in de praktijk; onderwijs is nu eenmaal meer dan een leuke les met leerlingen doen. Door onze nieuwe aanpak valt nu nog maar een enkeling uit’, vertelt Ludy Meister.
Hij begon zelf zijn loopbaan als meester voor de klas, groeide door van teamleider naar directeur tot bestuursadviseur onderwijskwaliteit en ontwikkeling en projectleider bij RAP Midden-Brabant.
Positief van instelling en met humor vertelt hij nog altijd enthousiast over het onderwijs dat hij natuurlijk door en door kent.
Tot twee jaar geleden leek het nog mee te vallen met personeelstekorten rond Tilburg. Het zij-instroomtraject werd, ook doordat de uitval hoog was, minder populair bij scholen. ‘Maar we voelen het personeelstekort nu echt: de vervangingspool is opgedroogd en ook de reguliere bezetting begint te knellen. Niets doen is geen optie. Daarom zetten we extra in op zij-instroom en hebben we onder de noemer ‘de vijver vergroten’ een kansrijk traject ontwikkeld’, legt Meister uit.
Stap 1: goede gesprekken en verbinding met de school
De website Wijzer in het onderwijs is een belangrijk informatiepunt voor zij-instromers. Dan start het traject met hun motivatiebrief, cv en een geschiktheidsgesprek. Geschikte kandidaten beginnen in februari, met een kick off waar ambassadeurs tips delen en vertellen over hun ervaring als zij-instromer. Meister: ‘Ze beginnen vervolgens als leerkrachtondersteuner voor een dag in de week om praktijkervaring op te doen en om te bouwen aan hun portfolio.
Zo voelen ze zich snel verbonden met de school en vinden ze hun plek in het team. Onderdeel van hun assessment is om twee dagen les te geven. Dat moeten ze in deze periode voorbereiden. Daarbij bespreken we ook aan welke competenties ze nog moeten werken. We willen zodoende de zij-instroom zo kansrijk mogelijk maken. Samen met Fontys bieden we extra ondersteuning om hen voor te bereiden op het geschiktheidsonderzoek waaronder de Wiscat (rekentoets).’
Bespreek de ‘life events’
Belangrijk in het voortraject is een gesprek over de privésituatie in combinatie met de opleiding en baan in het onderwijs. Meister: ‘Het zij-instroomtraject vraagt nogal wat van mensen. Studeren, voor de klas staan: hoe combineer je dat met je privéleven? De meeste mensen zijn al wat ouder, zijn meer gesetteld. Dus moet je open over ‘life events’ praten: hoe ga je daarmee om? We hadden bijvoorbeeld iemand die op hoog niveau sportte. Kun je trainingen en wedstrijden blijven doen in examentijd of rondom oudergesprekken? Hoe sta je daarin? Dat zijn belangrijke zaken om te bespreken, net als duidelijkheid over de werktijden en het salaris.’
Stap 2: intensieve begeleiding op school en op de pabo
Geschikte kandidaten beginnen allemaal in augustus bij de start van het schooljaar. Dat komt formatief goed uit, en alle nieuwelingen vormen zo een groep gedurende de opleiding. Ze kunnen elkaar zodoende versterken en wij kunnen ze beter begeleiden, aldus Meister. De zij-instromers geven twee dagen zelfstandig les op school en de derde dag krijgen ze een zogeheten extra draaidag. Dan lopen ze mee met andere leraren, observeren ze en geven aan wat ze zelf willen leren: ook op andere scholen. De andere dagen zijn voor opleiding en studietijd.
Geleerde lessen: intervisie, ook online
Behalve expliciete aandacht voor de life events in het voortraject, is er meer dat de Tilburgse besturen nu anders doen in de begeleiding. Meer intervisie bijvoorbeeld. ‘Dat vindt plaats vanuit Fontys, maar wij merkten tijdens de schoolsluiting in coronatijd dat we het contact een beetje kwijtraakten met de zij-instromers. Gelukkig leerden we allemaal om met Teams te werken en konden we als school makkelijk een uur online intervisie regelen.
Dat werkt goed, dus dat stemmen we steeds opnieuw af. Verder streven we ernaar dat elk schoolbestuur een aanspreekpunt heeft om de ontwikkeling van zij-instromers zo goed mogelijk te kunnen volgen.’
Goede gesprekken en
intensieve begeleiding
Zij-instromers brengen andere expertise mee
Al met al best intensief om zij-instromers goed te begeleiden, ook financieel. Is het wel de moeite waard? Daarover is Meister uitgesproken positief. ‘Ook als we geen tekort zouden hebben, bieden zij-instromers wat extra’s. Ze brengen levenservaring en expertise mee in de school. Daar kun je als school je voordeel mee doen. Hoe mooi is het niet als je iemand met een juridische achtergrond binnen krijgt. Laat zo’n leraar maar eens meekijken met een beleidsstuk.’
Professionele ontwikkeling
Naast het zij-instroomtraject doen scholen in de RAP Tilburg meer om het beroep voor leraren en schoolleiders aantrekkelijk te houden. Door met Fontys in co-creatie inspiratie te bieden, bijvoorbeeld door leraren van de basisschool rekenles te laten geven aan pabo-studenten. Ook leiden ze samen leraren op tot assessor voor zij-instromers. Verder presenteren de scholen hun professionaliseringsaanbod via de Ontwikkelacademie, een platform waar personeel in de kinderopvang en in het onderwijs scholing kan volgen.
Mijn droom: onderwijsexperts slimmer inzetten
Is het genoeg om de kwaliteit van het onderwijs te behouden met voldoende onderwijspersoneel? Meister denkt dat daar toch meer voor nodig is. ‘De arbeidsmarkt is nu eenmaal krap.
We moeten er echt over nadenken hoe we mensen met andere expertises van buiten en onderwijsexperts slimmer kunnen inzetten. Het onderwijs anders inrichten, dat is mijn droom. Dat we een aanbod hebben voor kinderen van 2 tot 15, zonder harde knip tussen de opvang en groep 1, of tussen po en vo. Een school die van 7 tot 7 open is, waar een breed en rijk aanbod is. Daar worden voorzichtig de eerste stappen gezet!’
Zij-instromers brengen
levenservaring en
expertise mee in de
school
Ludy Meister, bestuursadviseur onderwijskwaliteit &
ontwikkeling bij Xpect Primair en projectleider RAP Tilburg.